Bildung en ons brein

“Wij zijn ons brein”, zegt Dick Swaab, “de mens is een organisme met hersen-zenuwcapaciteit”, zegt Antonio Damasio, “we zijn een zak met chemicaliën”, zegt Patricia Churchland, “de vrije wil bestaat niet”, zegt Victor Lamme en al deze citaten zouden deze wetenschappers ook nog moeiteloos van elkaar kunnen overnemen. Ook neuropsycholoog Daniel Kahneman, die in 2002 de nobelprijs voor de economie ontving, omdat hij heeft aangetoond dat het rationeel denken, waar wij mensen zo trots op zijn, niet bestaat. In “thinking, fast and slow” (vertaald “ons feilbare denken” 2011) laat hij zien hoe ons denken volstrekt irrationeel is. Dat roept de vraag op wat de filosofie dan nog te bieden heeft met al zijn aannames over het kritische denken, de werking van de geest en ideeën over de vrije wil. Ligt al dat filosofische gedachtengoed langzamerhand niet op het kerkhof van de wetenschap?

Bildung

Bildung, in de zin van zelfontplooiing, heeft als basisidee dat de mens zichzelf kàn ontwikkelen en niet willoos door zijn hersenen wordt gestuurd. Wat kan praktisch filosoferen bijdragen aan de vorming van een mens die geregeerd wordt door zijn brein? Als we in de geschiedenis van de filosofie kijken, zien we denkers die zich op dit terrein al hebben onderscheiden. Het belang van Spinoza kan niet overschat worden, denk aan zijn uitspraak “het is niet denkbaar dat de mens geen deel van de natuur zou zijn en haar algemene orde niet zou volgen”. God en natuur zijn één, durfde hij in zijn tijd al te beweren. Geen vrije wil dus, maar een organisme dat gestuurd wordt door natuurwetten. Of Jeremy Bentham die zei “de mens leeft onder de macht van twee soevereine meesters, pijn en genot”. De mens als oordelend organisme, voortdurend afwegend of er gevaar dreigt (pijn) of dat er ergens iets prettigs valt te halen, eten, drinken, seks (genot). Dit is hoe wij ons ontwikkeld hebben gedurende de evolutie, met dat grote sterke brein dat ons het mogelijk maakte zo een sterke overlever te zijn. Dus opnieuw, als ik hecht aan bildung, wat doe ik dan met de vraag “hoe kan ik mijn leven zelf vormgeven?” Er zijn aanknopingspunten te vinden, zowel in de hersenwetenschap als in de klassieke, praktische filosofie.

Dat onze hersenen ons de baas zijn, wil niet zeggen dat ze niet beïnvloedbaar zijn. Hersenen zijn een lerend orgaan, steeds in ontwikkeling, ze zijn plastisch en kneedbaar en daarmee te trainen. Hersenen reageren op allerlei prikkels en leggen voortdurend nieuwe verbindingen tussen neuronen. Een mens kan nieuwe ideeën en nieuw gedrag inbrengen en ermee aan de slag gaan. Heel veel ermee oefenen tot er een nieuw gedachtenpatroon is gevormd en er een nieuwe gewoonte is ontstaan. Dat nu, sluit geheel aan bij de klassieke traditie van de praktische filosofie. De eerste filosofen studeerden geen filosofie, maar dachten na over wat het goede leven is. Het was praktische filosofie in de zin dat het bedoeld was om het dagelijks leven makkelijker te maken en als mens gelukkiger te kunnen zijn. Socrates , zoals beschreven door Plato, was de eerste ethicus. Hij dacht het goede te kunnen onderscheiden door steeds opnieuw zichzelf en de ander te bevragen, net zolang tot hij bij de kern komt. Een vragende, onderzoekende houding creëren, daar ging het volgens hem om. Een houding die te oefenen is. Ook Aristoteles ging praktisch te werk: verstandigheid ontwikkelen en op die manier een gelukt (!) leven leiden, in verbinding met de gemeenschap. Verstandigheid stelt de mens in staat in elke handelingssituatie een weloverwogen keuze te maken. Een vormingsproject (bildung!) gericht op het eigen maken van een levenshouding die gericht is op verantwoord en ethisch handelen. Ethos betekent zeden en gewoonten en alweer, de houding aannemen die nodig is voor ethisch verantwoord gedrag en die is te oefenen.

De stoïcijn Epictetus (geb.55 n.Chr.) had een prachtige uitspraak, die tot de dag van vandaag een basis is voor psychotherapie: “De mens is niet in verwarring door de gebeurtenissen in zijn leven, maar door zijn denkbeelden daarover”. Irrationeel denken dus, 2000 jaar voor Kahneman. Denkbeelden, meningen, oordelen, ze staan ons in de weg om de werkelijkheid te doorgronden. Belemmerende overtuigingen doen onze eigen ontwikkeling bemoeilijken. Oordelen over de ander zorgen ervoor dat het niet doenlijk is open te luisteren, werkelijk contact is niet mogelijk. Schort het oordeel op, zei Socrates daarom al en luister naar Boeddha: “oordeel niet”. Denk ook aan Christus ”oordeel niet, opdat gij niet beoordeeld zal worden”.

Het oordelen levert ons echter veel op, behalve het door Bentham benoemde onderscheiden van plezier en pijn, van belang voor het overleven, geeft het ons ook een goed gevoel: het beter weten, gelijk hebben, dat is een groot genot, dat we niet graag opgeven. Door krachtig te oordelen, proberen we ook een situatie naar onze hand te zetten. Het is fijn dominant te zijn! Maar wat kost het ons? Zoals al beschreven, belemmert het onze ontwikkelingsmogelijkheden als je vooropgestelde meningen hebt. Het maakt werkelijk contact met de mensen om ons heen moeilijk. Het kost ons verbinding, ontwikkeling, gemoedsrust, liefde zelfs.

Er is dus veel voor te zeggen een levenshouding te oefenen, waarin je oog hebt voor je eigen oordelen en te onderzoeken hoe ze je denken belemmeren. Kritisch te zijn over je eigen meningen over wat er in de werkelijkheid gebeurt, en nadenken welke andere mogelijkheden er zijn om een gebeurtenis te beoordelen. Elke gebeurtenis die we waarnemen interpreteren we, dat doen we nu eenmaal. Open staan voor andere interpretaties of een onderzoek van wat er feitelijk gebeurd is, geeft vrijheid en gemoedsrust en creëert nieuwe mogelijkheden. Ontdek de vooronderstellingen die je hebt in je vragen over jezelf en de ander. Onderzoek wat je denkt te weten en zie wat je niet weet.

Bildung dus als het ontwikkelen van een filosofische levenshouding, te oefenen en oefening baart kunst, levenskunst! Een onderzoek van waar je voor wil staan in het leven past daar ook bij, het kritisch tegen het licht houden van de eigen drijfveren, passies en kernwaarden. Volgens welke waarden heb je je leven ingericht? Hoe geven ze zin aan je leven ? Hoe zijn ze te zien in je gedrag ? Wil je met deze waarden verder met je leven ? Gebruik je waarden als kompas, ze geven de richting aan waarheen je wil gaan. Reflecteer op wat zich hierin aandient en creëer een open, milde, compassievolle houding ten opzichte van jezelf en de ander. Wees opmerkzaam voor alle verwondering die je kunt hebben over het leven, heb aandacht voor je omgeving, ook dat is vorming die te oefenen is. Ons brein stuurt ons, maar bildung in de zin van leergierig blijven en het oefenen van nieuwe gewoonten die onze zelfontplooiing mogelijk maken, daar werkt ons brein aan mee. Bildung als levenskunst.

Dit is een publicatie geschreven in opdracht van de Academie voor Levenskunst